In handen van de maffia
Zo’n vijftien jaar geleden was Palermo niet leuk. Na de oorlog hadden maffiosi ontdekt dat je met ontroerend goed veel geld kon verdienen. Overal in de Conca d’Oro, de vallei waarin de stad ligt, schoten lelijke flatgebouwen uit de grond tevoorschijn. Vaak werden deze zonder de juiste vergunning gebouwd of regelden bevriende politici de vergunning. Het oude stadshart was al snel omgeven door een eindeloze rij lelijke flats. Veel mensen verhuisden uit het centrum en de binnenstad werd overgelaten aan criminelen.
Als je nu door Palermo rondloopt, kun je nog steeds de schade van de Tweede Wereldoorlog zien. Sommige palazzi zijn nooit opnieuw opgebouwd. Vernieuwing in het centrum bracht niet genoeg geld in de la van corrupte politici, maffiosi en aannemers. In de jaren 70 en 80 was het centrum ’s avonds uitgestorven. Niemand ging de straat op. Het Teatro Massimo, het prachtige operatheater van Palermo, is twintig jaar dicht geweest.
Een verschrikkelijke gebeurtenis heeft de stad enorm veranderd. Om 6 uur ’s avonds op 23 mei 1993 kijkt Giovanni Brusca, een gedrongen jongen met een baard, uit over een klein stukje snelweg vlak bij de afslag naar het dorpje Capaci. Zijn mannen hebben een afvoerpijp volgestopt met 400 kilo aan explosieven. Een van zijn handlangers ziet door een telescoop 3 auto’s aankomen. Als Brusca weet dat de auto’s dichtbij genoeg zijn, drukt hij op de knop. In de enorme ontploffing komt de belangrijkste onderzoeksrechter tegen de maffia, Giovanni Falcone, samen met zijn vrouw en bodyguards om. Een golf van verbijstering overspoelde Italië, want nooit eerder had de maffia zo openlijk een aanval gedaan op de staat. Het land kwam bijna tot stilstand.
Na de dood van Falcone zijn veel hervormingen die hij tijdens zijn leven had voorgesteld eindelijk doorgevoerd. Er werd een speciaal overheidsbureau opgericht in Rome dat alleen de bestrijding van de maffia ten doel had. Langzaamaan werd er ook een begin gemaakt met het leefbaarder maken van Palermo.
Als je nu door Palermo rondloopt, kun je nog steeds de schade van de Tweede Wereldoorlog zien. Sommige palazzi zijn nooit opnieuw opgebouwd. Vernieuwing in het centrum bracht niet genoeg geld in de la van corrupte politici, maffiosi en aannemers. In de jaren 70 en 80 was het centrum ’s avonds uitgestorven. Niemand ging de straat op. Het Teatro Massimo, het prachtige operatheater van Palermo, is twintig jaar dicht geweest.
Een verschrikkelijke gebeurtenis heeft de stad enorm veranderd. Om 6 uur ’s avonds op 23 mei 1993 kijkt Giovanni Brusca, een gedrongen jongen met een baard, uit over een klein stukje snelweg vlak bij de afslag naar het dorpje Capaci. Zijn mannen hebben een afvoerpijp volgestopt met 400 kilo aan explosieven. Een van zijn handlangers ziet door een telescoop 3 auto’s aankomen. Als Brusca weet dat de auto’s dichtbij genoeg zijn, drukt hij op de knop. In de enorme ontploffing komt de belangrijkste onderzoeksrechter tegen de maffia, Giovanni Falcone, samen met zijn vrouw en bodyguards om. Een golf van verbijstering overspoelde Italië, want nooit eerder had de maffia zo openlijk een aanval gedaan op de staat. Het land kwam bijna tot stilstand.
Na de dood van Falcone zijn veel hervormingen die hij tijdens zijn leven had voorgesteld eindelijk doorgevoerd. Er werd een speciaal overheidsbureau opgericht in Rome dat alleen de bestrijding van de maffia ten doel had. Langzaamaan werd er ook een begin gemaakt met het leefbaarder maken van Palermo.